Certificering BECCS en Koolstoflandbouw baant weg voor loze beloften van technologische koolstofverwijdering
De Europese Commissie bereidt langsaam aan en bijna ongemerkt de certificering van koolstofverwijdering in de vorm van BECCS (biomassaverbranding met CO2-afvang en -opslag) en koolstoflandbouw voor.[1] De te certificeren methoden worden aangeduid met CRCF, Carbon Removal and Carbon Farming. Deze vormen van koolstofverwijdering wil Europa vervolgens opnemen in het Europese CO2-emissiehandelssyteem (ETS). Koolstofverwijdering wordt bij deze handel betaald door bedrijven die nog teveel CO2 uitstoten. Het systeem zou zich dan zelf moeten bedruipen. Subsidies voor koolstofverwijdering zouden dan niet meer nodig zijn. Is de certificering van koolstofverwijdering eenmaal door Europa vastgesteld, dan zijn dit soort regels voor lidstaten zelf een feit. Zo is weer een volgende stap gezet in de salami-tactiek om deze loze beloften van koolstofverwijdering te realiseren. Hier volgt een overzicht van de onterechte claims van BECCS en koolstoflandbouw.
Per saldo geen CO2-verwijdering bij BECCS
Beide vormen van koolstofverwijdering hebben grote nadelen en zijn daarmee loze beloften. BECCS levert geen negatieve CO2-emissies op. In de keten vinden diverse CO2-verliezen plaats die vreemdgenoeg niet worden meegerekend. Vooraan in de BECCS-keten vinden bij houtoogst (bodemoxydatie), fabricage van houtpellets en (overzees) transport) emissies plaats. Ook niet alle CO2 bij de houtverbranding wordt afgevangen. Het rendement van afvang van CO2 bedraagt slechts 80%. 20% gaat de atmosfeer in. De CO2-afvang en opslag (CCS) vergt veel energie (lees CO2-uitstoot). Ongeveer 30% van de energie die bij biomassaverbranding wordt opgewekt, is nodig voor CCS. De eerste pilots van CO2 opslag in Noorwegen (Noorse opslaglocaties Sleipner en Snøhvit[2]) laten een risico op lekkage na opslag zien. Kortom, BECCS garandeert op geen enkele manier een negatieve CO2-uitstoot over de gehele keten.[3]
Verdere bosdegradatie en afname koolstofopslag in bossen
BECCS zal leiden tot extra boskap voor verbranding. De koolstofopslag in bossen vermindert als gevolg van toegenomen houtkap door de groeiende vraag naar biomassa-energie. Ook de bosdegradatie neemt toe. De koolstofopslag in de Europese bossen in de EU is in het laatste decennium met bijna een derde afgenomen.[4] In sommige landen, waaronder Finland[5] en Duitsland[6], is de gehele koolstofopslag van bossen al een nettobron van CO2-uitstoot geworden. Een recente publicatie van onderzoekers in Nature (juli 2025) van het Joint Research Committee (JRC, het wetenschappelijk bureau van de EU Commissie), bevestigt verder dat de intensivering van de houtkap een belangrijke reden is geweest voor de afname van de koolstofopslag in de landsector in de EU. De auteurs stellen dat “De toename van de boskap kan worden toegeschreven aan een groeiende vraag naar houtconsumptie, met name voor energie.”[7]
Ontbrekende minimale waarborgen
De voorgestelde certificering verhindert niet dat biomassa wordt betrokken uit landen waar de koolstofopslag in de landsector in de afgelopen jaren is afgenomen. Evenmin voorkomt het de import van biomassa uit landen die het Klimaatakkoord van Parijs niet hebben geratificeerd of zich daaruit hebben teruggetrokken. Met name de VS, die houtpellets levert aan Nederland en Denemarken. Er zijn geen biodiversiteitsmaatregelen die de bescherming en het herstel van ecosystemen daadwerkelijk waarborgen. De vrijwillige certificeringsregelingen die vastgelegd zijn onder de Richtlijn Hernieuwbare Energie (RED), zijn volledig ineffectief gebleken.[8] De certificering Sustainable Biomass Program (SBP) certificeert zelfs houtpellets gemaakt van hele boomstammen afkomstig van de kaalkap van oerbossen, aangemerkt als voldoend aan de huidige EU-duurzaamheidscriteria.[9]
Toevoeging houtskool aan landbouwgrond onbetrouwbaar
Naast BECCS wordt zogenoemde koolstoflandbouw door de Europese Commissie voorgesteld als een vorm van permanente koolstofverwijdering. Koolstoflandbouw houdt de toevoeging van houtskool aan landbouwgronden in. Dit wordt door de Commissie gezien als vorm van permanente opslag van koolstof. Koolstoflandbouw wordt ook aangeduid met de Engelse term ‘biochar’ dat staat voor houtskool.
Houtskool aan afbraak onderhevig
Koolstoflandbouw is gebaseerd op de aanname dat het grootste deel van de koolstof in biochar duizenden jaren stabiel in de bodem zal blijven. In werkelijkheid zijn er geen consistente wetenschappelijke data over het lot van bodemkoolstof gedurende tien jaar na toediening van biochar, laat staan langer. Sterker, uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat aan bodem toegevoegde biochar aan afbraak onderhevig is en daarmee niet stabiel. Het lot van toegevoegde biochar blijkt onvoorspelbaar (zie bijlage 1). Producenten van biochar kunnen daarmee ook niet voorspellen of hun product leidt tot permanente koolstofopslag. Er blijkt in de ontwerpwetgeving zelfs geen eis te zijn om het koolstofgehalte te testen, aangezien het niet mogelijk is om veranderingen in koolstofgehalte betrouwbaar te meten. Zelfs met dergelijke koolstoftesten kan echter niet worden aangenomen dat de toename van koolstof in de bodem (geclassificeerd als negatieve emissies onder de CRCF) tot 2100 of daarna zal aanhouden.[10]
Geen schoon produktieproces biochar
Daarbij komt dat de bestaande productiemethoden van biochar niet voldoen aan wettelijke milieucriteria. De zgn pyrolyse-techniek levert te weinig biochar en bij torrefactie-techniek is de vereiste minimumtemperatuur te laag waardoor meer giftige polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s) ontstaan. Ook komt bij beide technieken CO2 in de keten vrij. Van hetzelfde laken een pak. Dergelijke technieken doen denken aan de vroegere techniek van steenkool-vergassing voor stadsgas die niet bepaald schoon was.[11]
Geen certificering van loze beloften
Zowel BECCS als koolstoflandbouw als CO2-verwijdering zijn loze beloften. De technieken leiden per saldo niet tot CO2-verwijdering aangezien substantiele CO2-verliezen in de keten niet worden meegerekend. De technieken vergen ook immense hoeveelheden hout dat leidt tot nog meer bosdegradatie. Certificering en zgn erkenning van deze technieken ten behoeve van hierop volgende opname in het Europese CO2-handelssysteem, is daarom volsterkt ongewenst. Europa dient juist in te zetten op natuur-gebaseerde oplossingen in plaats van technologische. Zoals bosbescherming en uitbreiding met biodiverse bos. Twee vliegen in een klap: natuurlijke CO2-verwijdering én herstel van biodiversiteit!
Onderzoeken over betrouwbaarheid van biochar
Auteurs van een peer-reviewed studie uit 2022 stellen dat positieve of negatieve effecten van toevoeging van biochar aan bodems niet betrouwbaar zijn te voorspellen. Zie: Biochar-induced priming effects in soil via modifying the status of soil organic matter and microflora: A review, Maria Rasul et.al., September 2022, https://www.sciencedirect.com/science/article/abs/pii/S004896972105381X .
De auteurs van een wetenschappelijk overzicht uit 2015 van grootschalige veldproeven met biochar stellen dat de stabiliteit van toegevoegde biochar in de bodem een controversieel onderwerp blijft. Zie: J. Wang et al.,2016. Biochar stability in soil: meta-analysis of decomposition and priming effects,Jinyang Wang et.al., April 2015, https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/gcbb.12266 .
Uit een publicatie van 2017 (https://www.frontiersin.org/journals/earth-science/articles/10.3389/feart.2017.00096/full ) over een veldstudie blijkt dat de verblijftijd van biochar onder veldomstandigheden veel korter is dan algemeen wordt aangenomen. Op de oudste testlocatie was slechts 55% van de oorspronkelijke biochar aanwezig na 80 jaar kale braak van de grond.
Bijlagen :CO2-verliezen in productieketen van BECCS en van biochar
CO2-verliezen in keten van BECCS/ BioCCS (FERN):

CO2-verliezen in keten van Biochar (FERN):

[1] https://ec.europa.eu/info/law/better-regulation/have-your-say/initiatives/14573-Carbon-removals-and-carbon-farming-methodologies-for-certifying-permanent-carbon-removals_en In de periode 17 juli – 22 september 2025 heeft een consultatie over de CRCF plaatsgevonden.
[2] Norway’s Sleipner and Snøhvit CCS-Industry models or cautionary tales. https://ieefa.org/sites/default/files/2023-06/Norway%E2%80%99s%20Sleipner%20and%20Sn%C3%B8hvit%20CCS-%20Industry%20models%20or%20cautionary%20tales.pdf
[3] https://www.nrdc.org/bio/sami-yassa/carbon-capture-cant-fix-climate-impacts-forest-biomass-power
https://www.nrdc.org/resources/beccs-hoax
[4] Opschaling van koolstofdioxideverwijdering. Aanbevelingen voor het omgaan met kansen en risico’s in de EU, Europese Wetenschappelijke Adviesraad voor Klimaatverandering, februari 2025. https://climate-advisory-board.europa.eu/reports-and-publications/scaling-up-carbon-dioxide-removals-recommendations-for-navigating-opportunities-and-risks-in-the-eu
[5] https://www.icos-cp.eu/news-and-events/news/finlands-forests-have-become-source-carbon
[6] https://www.bmleh.de/SharedDocs/Downloads/DE/Broschueren/vierte-bundeswaldinventur.html
[7] Het veiligstellen van de koolstofput van bossen voor de klimaatambitie van de Europese Unie, Mirco Migliavacca et.al., Nature, July 2025 , https://www.nature.com/articles/s41586-025-08967-3
[8] https://www.fern.org/publications-insight/mass-imbalance/
[9] Sustainable Biomass Program: Certifying the Unsustainable. 31 juli 2025. SFOC. https://forourclimate.org/research/596
[10] https://www.ftm.nl/artikelen/hoe-banken-bedrijven-en-politici-gingen-geloven-dat-rege-neratief-boeren-het-klimaat-kan-redden