Aan:

Minister Economische Zaken en Klimaat dhr. S. Blok ministerEZK@minezk.nl Staatssecretaris Economische Zaken en Klimaat, Klimaat en Energie, mevr. D. Yeşilgöz-Zegerius ministerEZK@minezk.nl, Minister Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit mevr. C. Schouten ministerLNV@minlnv.nl

Copy aan:
Mevr. S. van Eck, Permanente Vertegenwoordiging (PV) Nederland in de EU, sector EZK sophie-van.eck@minbuza.nl
Dhr. C. Colsen, PV Nederland in de EU, sector EZK camiel.colsen@minbuza.nl
Dhr. W. Wiersema, Ministerie EZK w.j.wiersema@minezk.nl
Dhr. R. Schoenmakers, Ministerie EZK r.m.schoenmakers1@minezk.nl
Mevr. C. Boonstra, PV Nederland in de EU, sector LNV carla.boonstra@minbuza.nl Dhr. E. van der Sommen, PV Nederland in de EU, sector LNV eric.vandersommen@minbuza.nl

Datum: 29 november 2021

Betreft: Bosbiomassa in de Europese Richtlijn hernieuwbare energie (RED); aanbevelingen voor Europese ministerraad 2 en 3 december 2021

Geachte minister Blok, minister Schouten en staatssecretaris Yeşilgöz-Zegerius,

We benaderen u omdat wij ons grote zorgen maken over de aanpak van het probleem van verbranding van bosbiomassa in het voorstel van de Europese Commissie betreffende de herziening van de RED (Richtlijn hernieuwbare energie).1Forest biomass means primary woody biomass (sourced directly from the forest); it does not include e.g. mill residues (secondary woody biomass). Bosbiomassa betekent primaire houtachtige biomassa (rechtstreeks afkomstig uit het bos). Het betreft geen houtresten van houtzagerijen (zgn secundaire houtachtige biomassa). Het oogsten en verbranden van bosbiomassa stelt de EU voor grote uitdagingen om haar doelstelling van klimaatneutraliteit in 2050 nog te bereiken. Dit doel van klimaatneutraliteit vereist een vermindering van de uitstoot van CO2 en een aanzienlijke vergroting van de koolstofopslag door bossen (zgn koolstofsinks). Het verbranden van bosbiomassa verhoogt echter de CO2-uitstoot in vergelijking met fossiele brandstoffen en verslechtert de koolstofopslag door bossen. Daardoor is het nog moeilijker om de klimaatdoelstellingen te halen. Het verbranden van bosbiomassa voor energie tast ook ecosystemen aan, ondermijnt de biodiversiteitsdoelstellingen van de EU en verhoogt de luchtvervuiling, die een gevaar vormt voor de menselijke gezondheid.2In 2018 was luchtverontreiniging door fijnstof verantwoordelijk voor ongeveer 380.000 vroegtijdige sterfgevallen in de 28 lidstaten van de EU. Houtverbranding is een belangrijke en groeiende bron van fijnstof (groter dan het wegvervoer). De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) roept nu regeringen op om de energie die wordt geproduceerd door de verbranding van steenkool én biomassa, af te bouwen.

Tegelijkertijd verstrekken de Europese lidstaten jaarlijks ongeveer 17 miljard euro aan subsidies voor biomassa3Europese Commissie, juli 2021, Eindrapport: Study on energy subsidies and other government interventions in the EU, Figuur 11: Subsidie hernieuwbare energie per technologie (2015-2020), p. 35, https://op.europa.eu/en/publication-detail/- /publication/be5268ba-3609-11ec-bd8e-01aa75ed71a1/language-en. Deze subsidie wordt niet verstrekt als ondersteuning bij het opschalen van échte schone en groene energie, het herstel van bossen of het opbouwen van koolstofopslag in bossen die ook de biodiversiteitsdoelstellingen dienen4Volgens het EEA (Europees Milieu Agentschap) bevindt 80% van de EU-bossen die onder de Habitatrichtlijn worden beschermd, zich in een ‘ongunstige’ toestand en slechts 14% in een ‘gunstige’ toestand..

Toename opwekking bio-energie en risico’s

De verbranding van hout en andere vaste biomassa (energiegewassen, gemeentelijk afval) voor energie is de afgelopen jaren dramatisch gestegen. Er is sinds 2000 een toename van 150% aan opwekking van bio-energie5Europees gebruik biomassa in een economie met netto-nul CO2-uitstoot, een koerscorrectie voor biomassa in Europa. Rapport Material Economics, 2021. https://materialeconomics.com/latest-updates/eu-biomass-use. Momenteel wordt ongeveer de helft van het hout dat in Europa wordt gekapt, verbrand voor bio-energie.6De andere helft is afkomstig van houtafval van zagerijen en zgn post-consumer hout (oa sloophout), d.w.z. “secundaire houtige biomassa”. Daarbij wordt het oogsten van biomassa erkend als belangrijke oorzaak van het afnemen van de koolstofopslag in bossen. Deze trend zal alleen maar verergeren als de druk op houtkap niet aanzienlijk wordt verlaagd. Verder schaadt de afhankelijkheid van biomassa van de EU niet alleen de Europese bossen. De houtpelletindustrie vernietigt in toenemende mate bossen in Noord-Amerika. Beleggers en de financiële sector beginnen deze problemen te beseffen. Bedrijven die bosbiomassa verbranden, lopen steeds meer risico’s met betrekking tot hun financiële situatie en reputatie. Onlangs heeft Standard and Poor’s Drax, Europa’s grootste houtgestookte elektriciteitscentrale, uit zijn Global Clean Energy-index7https://www.theguardian.com/business/2021/oct/19/drax-dropped-from-index-of-green-energy-firms-amid-biomass-doubts verwijderd. Dit heeft een duidelijk signaal afgegeven aan investeerders en aan beleidsmakers, namelijk dat bosbiomassa geen plaats heeft in een economie met schone energie.

Ombuigen biomassasubsidies

De vraag rijst hoe de EU kan voldoen aan de doelstellingen voor hernieuwbare energie als bosbiomassa niet langer onder de RED zou vallen. Bosbiomassa levert in feite slechts ongeveer 17% van de huidige hernieuwbare energie en slechts 3% van het energieverbruik in de EU. Een Duitse studie8https://www.nabu.de/imperia/md/content/nabude/biooekonomie/210802-nabu-fit-alternativen-holzverfeuerung.pdf laat zien dat de intermitterende zonne- en windenergie kunnen worden gecombineerd door een combinatie van opslag, een betere netwerkverbinding en andere alternatieven. Daardoor wordt het gebruik van bosbiomassa overbodig. Door de 17 miljard euro aan subsidies die biomassa ontvangt om te buigen naar echt schone en hernieuwbare energie, wordt ervoor gezorgd dat de doelstellingen voor hernieuwbare energie niet alleen op papier worden gehaald, maar ook daadwerkelijke klimaatmaatregelen worden geraliseerd. We erkennen dat mensen hout zullen blijven verbranden voor verwarming. Of biomassa uit bossen nu wel of niet meetelt voor de doelstellingen voor hernieuwbare energie. Maar regio’s die het meest afhankelijk zijn van hout voor verwarming zouden er meer baat bij hebben als de middelen zouden worden besteed aan schone alternatieven zoals warmtepompen en een grotere energie- efficiëntie. Dit zal bovendien de negatieve gezondheidseffecten van het verbranden van hout voorkomen.

Voorgestelde duurzaamheidscriteria onvoldoende

De voorgestelde duurzaamheidscriteria voor biomassa in de RED beschermen noch het klimaat, noch de bossen. De pogingen van de Commissie om deze criteria in haar voorstel van juli 2021

verregaand aan te scherpen, blijven ver achter bij de noodzakelijke hervormingen. Het huidige voorstel betreft:
• het uitsluiten van grondstoffen (zoals boomstammen voor houtzagerijen en fineer, wortels en stronken). Deze worden echter bijna nooit verbrand.

• het uitsluiten van houtkap in primaire bossen en oerbossen. Deze vertegenwoordigen echter slechts 3% van de Europese bossen, waardoor de rest onbeschermd blijft. Er wordt niets gedaan om in de onbeschermde bossen de houtkap te verminderen of schadelijke praktijken zoals kaalkap te voorkomen.
• het vanaf 2027 beëindigen van subsidies voor elektriciteitscentrales die alleen elektriciteit door verbranding van bosbiomassa produceren. De meeste biomassacentrales produceren echter zowel elektriciteit als warmte. Met het huidige voorstel kunnen subsidies ook worden voortgezet voor biomassacentrales in regio’s die afhankelijk zijn van steenkool. En ook subsidies voor zogenaamde BECCS (biomassaverbranding met koolstofafvang en -opslag), een onbewezen, energie-inefficiënte en dure technologie.
• het toepassen van het cascadeprincipe dwz hout alleen verbranden als er geen duurzame producten van kunnen worden gemaakt. Dit voorstel is echter te vaag en focust op ‘de kwaliteit van rondhout’ (met hoge economische waarde). Daardoor is en blijft verbranding van hout met lage economische waarde, maar hoge koolstof- en ecologische waarden mogelijk.
• het verlagen van de drempel voor toepassing van duurzaamheidscriteria van verbrandingsinstallaties met een capaciteit van minimaal 20MW naar minimal 5MW. Dit is echter niet relevant gezien de zwakte van de criteria.

Fundamentele fout

Kortom, geen van deze duurzaamheidscriteria gaat in op de fundamentele effecten van het verbranden van biomassa: het verbranden van hout stoot vele malen sneller koolstof uit (kwestie van seconden/minuten) dan bomen door hun groei ter compensatie kunnen vastleggen (kwestie van jaren). Dit is het moment waarop we de ergste gevolgen van de klimaatcrisis nog kunnen afwenden. Het is onjuist om te beweren dat de voorgestelde duurzaamheidscriteria van de RED ervoor zorgen dat het verbranden van biomassa verlaging van CO2-emissies oplevert.

Nederlandse bijdrage aan probleem

Wij wijzen u er op dat Nederland zelf een substantiële bijdrage levert aan het probleem van biomassaverbranding. In de Nederlandse kolencentrales wordt tot 2027 jaarlijks 3.5 miljoen ton aan geïmporteerde houtpellets verbrand en in biomassacentrales ruim 1.5 miljoen ton houtige biomassa van Nederlandse herkomst.

Steeds meer protest tegen ‘creatieve boekhouding met biomassaverbranding

De problemen met biomassaverbranding worden steeds meer in international media en op het wereldtoneel benadrukt. Burgers letten er steeds nauwlettender op hoe de EU deze problemen aanpakt. Bijna 2 miljoen mensen hebben een Avaaz-petitie9https://secure.avaaz.org/campaign/en/climate_action_now_loc/ ondertekend om een einde te maken aan de ‘creatieve boekhouding’ van biomassaverbranding en om échte klimaatmaatregelen te versnellen.

Aanbevelingen

We dringen er bij u op aan om de échte oplossingen toe te passen die we nodig hebben om dit probleem aan te pakken. Wij stellen de volgende maatregelen voor:

• Beëindig subsidies en andere ondersteuningsmechanismen voor energie uit de verbranding van biomassa uit bossen, en stop met het meetellen van biomassaverbranding om de energiedoelstellingen voor hernieuwbare energie te halen (secundaire biomassa is hier niet bij inbegrepen).

• Buig biomassasubsidies om naar echte, schone, groene energie zoals wind, zon en geothermie; naar energiebesparingsmaatregelen en warmtepompen. En maatregelen om bossen te herstellen en te beschermen en om de koolstofopslag in bossen weer op te bouwen.

• Leg verwante hervormingen vast in de LULUCF-regelgeving10In de LULUCF-verordening moet het beleid een zinvol doel voor de koolstofopslag op land bevatten en moet er niet langer worden vertrouwd op toekomstige inzet van BECCS om klimaatneutraliteit te bereiken.
Zie https://www.pfpi.net/wp-content/uploads/2021/11/PFPI-EU-Land-Sink-Target-report-Nov-23-2021.pdf
, de Europese ETS-regelgeving en regelgeving voor de gebouwde omgeving.

• Pas het cascadeprincipe echt toe. Laat secundaire houtachtige biomassa zoals residue van zagerijen alleen meetellen voor de doelstellingen voor hernieuwbare energie als er geen hoogwaardiger materiaalgebruik mogelijk is.

Deze aanbevelingen voor de RED zijn van belang om klimaatdoelen te behalen. Ook om land vrij te maken voor lokale voedselproductie en bossen. Eveneens om de biodiversiteitsstrategie en doelen voor bosherstel te realiseren en luchtvervuiling te verminderen.

Wij vragen u tevens om bovenstaande aanbevelingen in te brengen in de bijeenkomst van de Europese ministerraad die op 2 en 3 december aanstaande plaatsvindt.

Wij vernemen graag uw reactie op bovenstaande. Wij stellen het op prijs om dit onderwerp nader met u te bespreken.

Hoogachtend,

Dr. F. Swart, voorzitter Comité Schone Lucht (+31641514330), fennaswart25@gmail.com
Drs. M. Visschers, bestuurslid Comité Schone Lucht (+31634428154), info@maartenvisschers.nl

comiteschonelucht.nl