Ter attentie van: Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant
Copie aan: 1) mer-coördinator provincie Noord-Brabant dhr. J. van den Kieboom; 2) Commissie m.e.r.
Datum: maandag 27 november 2023
Betreft: zienswijze mbt tot het vast te stellen advies voor de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) voor het MER “BECCUS in de Amercentrale”. Zienswijze-periode t/m 29 november 2023.
Van: Comité Schone Lucht, Dogwood Alliance (VS) en Save Estonia’s Forests

Geacht College van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant, RWE Generation NL B.V. is voornemens om een aanvraag omgevingsvergunning in te dienen voor het realiseren van een CO2 afvang-installatie (‘Bio Energy, Carbon Capture, Utilization & Storage’ (BECCUS)), gelegen aan de Amerweg 1 te Geertruidenberg. Daarvoor moet voorafgaand een m.e.r. procedure worden doorlopen. Voor de m.e.r. procedure is een Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) opgesteld (dd 13 september, Royal HaskoningDHV). De inspraakperiode met betrekking tot de NRD loopt van 19 oktober 2023 tot en met 29 november 20231Gelijktijdig aan deze mer-procedure voor de BECCS RWE Amercentrale loopt een mer-procedure voor een BECCS RWE kolencentrale Eemshaven. Zie publicatie: “RWE Eemshaven Holding II B.V. (RWE) heeft op 23 augustus 2023 een Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) ingediend met betrekking tot het voornemen om als brandstof in de kolencentrale in de Eemshaven de steenkool te vervangen door biomassa. Het aandeel biomassa wordt verhoogd van 1,6 Mton/jaar naar circa 6 Mton/jaar. Daarbij wil RWE een installatie oprichten voor de afvang en opslag van CO2.” De zienswijze-periode voor het NRD van deze BECCS RWE Eemshaven heeft gelopen tot en met  25 oktober 2023. Zie voor zienswijze Comité Schone Lucht: https://comiteschonelucht.nl/wp-content/uploads/2023/11/231024-zienswijze-mbt-NRD-BECCUS-RWE-Eemshaven-Comite-Schone-Lucht-1.pdf..

De NRD stelt onder meer het volgende:
a. op pagina 2: “De voorgenomen realisatie van de installaties voor het afvangen van CO2 valt onder categorie C8.3 omdat de verwachte afvang 3 – 4 Mton CO2 per jaar bedraagt. Daarmee is sprake van een directe m.e.r.-plicht voor het voorgenomen project.”
b. op pagina 1: “De Amercentrale mag conform de vigerende vergunning al volledig op biomassa (2.450 kton/jaar) worden gestookt. Hiertoe behoort het verbranden van zowel primaire brandstoffen, bestaande uit schone biomassa, als het verbranden van afvalstoffen (maximaal 1.700 kton van de in totaal 2.450 kton brandstof per jaar), bestaande uit biomassa dat gecategoriseerd wordt als afval. Vanaf 2025 mag op de Amercentrale geen steenkool meer worden gestookt en wordt het gebruik van steenkool volledig vervangen door biomassa. Om verder invulling te geven aan de BECCUS-strategie, heeft RWE nu ook het voornemen om CO2 af te gaan afvangen op de Amercentrale.”

Zie bijlage 1 van deze zienswijze voor een aantal tekstonderdelen uit de NRD die een beschrijving van de voorgenomen activiteit behandelen.

Comité Schone Lucht (CSL), mede namens Dogwood Alliance (VS) en Save Estonia’s Forests, brengt met betrekking tot de NRD de onderstaande zienswijze in (zie pagina 2 en verder). De zienswijze betreft de volgende onderwerpen:

  1. Duidelijk inzicht gevraagd in huidige vergunningsituatie (omgevings- en natuurvergunning) en lopende juridische procedures
  2. BECCS: een onbewezen techniek met averechtse effect op klimaat en biodiversiteit
    2.1 Onbewezen techniek/ niet CO2-negatief
    2.2 Negatieve effecten op bossen en biodiversiteit – tekortkomingen duurzaamheidscertificering
  3. Emissie zo laag mogelijk in range Best Beschikbare Technieken – Schone Lucht Akkoord
  4. Stikstofberekening op dekenniveau
  5. Uitspraak Raad van State mbt stikstofdepositie CO2-infrastructuur Porthos
  6. Capaciteit proefinstallatie slechts 0.5% van beoogde CO2-afvang
  7. Elke 4.5 dagen een bulk carrier van 30.000 ton biomassa
  8. Ontstaan kankerverwekkende nitrosaminen bij CO2-afvang
  9. Hoogwaardige toepassing biomassa als referentiesituatie, autonome ontwikkeling en MMA
  10. Milieu-effectrapport ook Engelstalig

1. Duidelijk inzicht gevraagd in huidige vergunningsituatie (omgevings- en natuurvergunning) en lopende juridische procedures

Volgens berichtgeving is de RWE Amercentrale in 2018 overgestapt op 40% bijstook van biomassa (ca 1 miljoen ton/ jaar)2https://www.fluxenergie.nl/amercentrale-draait-eindelijk-deels-op-biomassa/. Vanaf januari 2019 zou de Amercentrale voor 50% op biomassa (ca 1.2 miljoen ton/ jaar) draaien en begin 2020 op 80% (ca 1.9 Mt/j ; 80% van 2.45 Mt/j).

Vernietiging natuurvergunning mbt verhoging bijstook
Op 8 december 2021 heeft de Rechtbank Oost-Brabant de natuurvergunning die het mogelijk maakte om de hoeveelheid houtstook te verhogen van 500.000 ton naar 1.200.000 ton/jaar vernietigd (zie uitspraak zaaknummer ECLI:NL:RBOBR:2021:6389; https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:RBOBR:2021:6389 ). De gevolgen hiervan zijn dat:
• de provincie alsnog de latente ruimte in de oude natuurvergunning dient te schrappen;
• RWE met onmiddellijke ingang de bijstook van hout dient terug te brengen tot 500.000 ton/jaar (natuurvergunning 2011);
• de uitspraak een verdere rem zet op “salderen” van oude niet gebruikte rechten om nieuwe vergunningen te verlenen.
Zie tevens bijlage 2 voor het persbericht van Mobilisation for the Environment hierover.
De provincie is bij de Raad van State in hoger beroep gegaan tegen deze uitspraak van Rechtbank Oost-Brabant. De rechtszitting hierover dient nog plaats te vinden.

Verhoging bijstook ook onderdeel van MER
In de NRD staat diverse malen aangegeven dat de Amercentrale conform de vigerende vergunning al volledig op biomassa (2.450 kton/jaar) mag worden gestookt. Dat is onjuist. Er mag slechts 500.000 ton jaarlijks worden bijgestookt. De verhoging van de bijstook dient als voorgenomen activiteit óók onderdeel van het op te stellen MER te zijn.

Exacte bijstook in de laatste 10 jaar
In het MER dienen de volgende zaken duidelijk te worden aangegeven:
– de maximale hoeveelheden en soorten biomassa die in de laatste 10 jaar op basis van geldige vergunningen mochten worden bijgestookt (opgave per jaar).
– de hoeveelheden en soorten biomassa die in de laatste 10 jaar daadwerkelijk zijn bijgestookt (opgave per jaar). Zie hiervoor onder meer gegevens in electronische MeerJarenVerslagen (e-MJV’s).

Vergunningsituatie helder in kaart
De vergunningsituatie van de afgelopen 15 jaar (omgevingsvergunning en vergunning Wet natuurbescherming) dient helder in kaart te worden gebracht. Onder meer op de onderdelen maximale luchtemissies (per luchtverontreinigende component), soorten brandstoffen en energetisch rendement energiecentrale.

Stikstofwetgeving en gevolgen verhoging bijstook van biomassa
Ook dient de stikstofwetgeving als belangrijk kader in het MER te worden besproken. En de gevolgen daarvan voor verhoging van de bijstook van biomassa.

Europese Deforestation Regulation
Bij de in beschouwing te nemen wetgeving vragen wij om de Europese Deforestation Regulation (EU DR)3https://environment.ec.europa.eu/topics/forests/deforestation/regulation-deforestation-free-products_en in beschouwing te nemen. Het betreft EU-regels om te garanderen dat de producten (zoals houtpellets) die Europese burgers consumeren en bedrijven gebruiken, niet bijdragen aan ontbossing of bosdegradatie wereldwijd. Dit mede gezien de oogst van hout voor houtpelletproduktie door middel van systematische industriële kaalkap in oa de Baltische Staten en het zuid-oosten van de VS. Zie voor in Nederland geïmporteerde hoeveelheden houtpellets bijlage 3.

Nederlandse bos in 15 jaar kaalgekapt
Het jaarlijks verbranden van 2.45 miljoen ton biomassa (in de vorm van houtpellets) vergt een jaarlijkse kaalkap aan bos van 24.500 hectare (uitgaande van een houtoogst bij kaalkap van 100 ton per hectare). Een dergelijkse kaalkap betreft jaarlijks ca 6.5% van het Nederlandse bos (370.000 hectare). Dat wil zeggen dat het volledige Nederlandse bos in 15 jaar zou zijn kaalgekapt.
Wanneer ook de jaarlijkse hoeveelheid verstookte biomassa in de geplande BECCS van RWE Eemshaven wordt meegerekend (6 miljoen ton biomassa/ jaar), dan zou het Nederlandse bos in ruim 4 jaar zijn kaalgekapt.

2. BECCS: een onbewezen techniek met averechtse effect op klimaat en biodiversiteit

2.1 Onbewezen techniek/ niet CO2-negatief/ zeer kostbaar
De klimaatmaatregel BECCS (Bio-Energie met CCS) die RWE wil toepassen staat bekend als een onbewezen techniek. Er is in de wereld nog geen enkele BECCS gerealiseerd. CCS-projecten op schaal bij kolencentrales zijn ook absoluut niet succesvol gebleken. Wetenschappers4https://comiteschonelucht.nl/wp-content/uploads/2023/10/Verklaring-van-wetenschappers-en-economen-over-BECCS-met-bosbiomassa-26-2-2021-Nederlandse-vertaling.pdf
https://comiteschonelucht.nl/wp-content/uploads/2023/10/BECCS-een-averechtse-klimaatoplossing-en-valse-belofte-Comite-Schone-Lucht-27-sept-2023.pdf
https://www.fern.org/fileadmin/uploads/fern/Documents/2022/Six_problems_with_BECCS_-_2022.pdf
https://www.bnnvara.nl/joop/artikelen/ondanks-verkiezingsbeloften-is-nederland-nog-steeds-koploper-bossen-verbranden-onder-de-noemer-biomassa
https://natuurenmilieu.nl/nieuws-artikel/onderzoek-naar-methodes-om-co2-uit-de-lucht-te-halen-technologische-opties-beperkt/
en de VN5https://www.eenews.net/articles/u-n-slams-carbon-removal-as-unproven-and-risky/ wijzen BECCS en CCS als vorm van CO2-verwijdering af. BECCS staat bekend als een techniek die (1) onbewezen, (2) energie-onzuinig, (3) niet CO2-negatief, (4) zeer duur en (5) zeer veel biomassa vereisend is. Biomassa dient juist hoogwaardig te worden toegepast en daarmee CO2 vast te leggen.

Niet CO2-negatief
Wetenschappers stellen dat de BECCS-techniek juist niet CO2-negatief is, en juist extra CO2-emissies veroorzaakt6https://www.nrdc.org/resources/bad-biomass-bet-why-leading-approach-biomass-energy-carbon-capture-and-storage-isnt. Zie bijlage 4 (ook voor een geschematiseerde weergave van CO2-emissies bij BECCS).
Onder meer de volgende CO2-emissies worden ten onrechte niet meegenomen:
1. voorafgaande aan biomassaverbranding vinden CO2-verliezen in de keten plaats. Bij de kaalkap van bos vindt bodemoxydatie plaats. Het maken en drogen van houtpellets vergt energie, en het transport vanuit de VS en de Baltische staten ook. Deze CO2 wordt niet afgevangen.
2. het afvangen en opslaan van CO2 bij biomassaverbranding kost veel energie. De benodigde hoeveelheid energie bedraagt ongeveer een derde deel van de energie die wordt opgewekt bij de houtverbranding. Daarbij komt dat het rendement van CO2-afvang geen 100%, maar 80-90% zal bedragen.
3. biomassaverbranding is op zich al niet CO2-neutraal, wat de energiesector echter wel beweert. De hergroei van aangeplante bomen duurt 50 tot 100 jaar. Het CO2 uit de lucht halen door bomen – het stofzuigereffect – treedt pas na vele decennia op. Tenminste als aanplant of regeneratie van gekapte bossen ook daadwerkelijk plaatsvindt.

In de CO2-balans rekent de energiesector ten onrechte de koolstof, die in bomen die gaan worden gekapt, mee als CO2 die in het verleden is vastgelegd7Marinus Tabak , RWE: “Biomassa geldt als CO2-neutraal omdat de bomen tijdens hun groei CO2 uit de lucht hebben opgenomen. Als zij worden verbrand, komt er weer evenveel CO2 vrij.” Bron: https://www.ewmagazine.nl/economie/achtergrond/2023/10/marinus-tabak-wij-kunnen-echt-co2-uit-de-lucht-gaan-halen-56909w/. Dat is onjuiste CO2-boekhouding. Bij een zuivere CO2-balans dient deze in het verleden vastgelegde CO2 niet te worden meegerekend. De CO2-balans dient te starten vanaf het tijdstip van bomenkap. Op dat moment wordt het besluit genomen om de koolstof ( vastgelegde CO2) opgeslagen te houden of via verbranding naar de atmosfeer uit te stoten. De CO2-uitstoot naar de atmosfeer dient juist te dalen.
Zie verder bijlage 4.
Daarmee verergert BECCS klimaatverandering. Het IEEFA (Energy Economics and Financial Analysis) acht technologische koolstofafvang een riskante investering om de economie koolstofvrij te maken8https://ieefa.org/resources/carbon-capture-remains-risky-investment-achieving-decarbonisation: “De energiesector had de slechtste resultaten: twee mislukten en één werd stilgelegd. Er is niet één succesvol project in deze sector.”. Zie tevens de bezwaren van Natuur en Milieu tegen BECCS9https://natuurenmilieu.nl/app/uploads/Factsheet-BECCS-Natuur-Milieu.pdf
https://natuurenmilieu.nl/nieuws-artikel/onderzoek-naar-methodes-om-co2-uit-de-lucht-te-halen-technologische-opties-beperkt/
.

Berekening kosten- en batenscenario’s noodzakelijk
BECCS en CCS is ook een zeer dure techniek. Kosten- en batenscenario’s dienen per uitgewerkt alternatief in het MER te worden opgesteld. Kostenberekeningen van CCS bij ’s werelds grootste biomassacentrale Drax (VK. 7 miljoen ton biomassaverbranding per jaar) door denktank Ember laten zien dat BECCS onbetaalbaar is (zie ook bijlage 6)10https://ember-climate.org/app/uploads/2022/01/The-cost-of-Drax-BECCS.pdf. Ember heeft berekent dat de subsidie voor de BECCS van Drax € 36,5 miljard over een exploitatieperiode van 25 jaar bedraagt (omgerekend € 1.5 miljard per jaar). Een negatieve exploitatie is ook schadelijk voor klimaat en biodiversiteit. Geldstromen kunnen dan veel beter worden ingezet voor daadwerkelijke CO2-reductie.

In het MER dient nadrukkelijk op de analyses, conclusies en aanbevelingen van betreffende wetenschappers, VN en IEEFA te worden ingegaan. Dergelijke analyses over BECCS zijn niet nieuw maar dateren al van 10 tot 15 jaar geleden.

2.2 Negatieve effecten op bossen en biodiversiteit – tekortkomingen duurzaamheidscertificering
De kaalkap voor de houtwinning rond houtpelletfabrieken zoals Enviva (VS) en Granuul Invest (Estland) heeft negatieve effecten op omringende bossen, de biodiversiteit en koolstofopslag (LULUCF). Daarmee verergert BECCS het verlies aan biodiversiteit.

Tekortkomingen duurzaamheidscertificering
Certificering van houtpellets biedt geen bescherming tegen de negatieve effecten met betrekking tot klimaat en biodiversiteit. Certificering SBP (Sustainable Biomass Program)11https://www.nrdc.org/resources/sustainable-biomass-program-smokescreen-forest-destruction-and-corporate-non
https://www.nrdc.org/bio/sasha-stashwick/how-biomass-industry-sent-sustainability-smoke https://www.biofuelwatch.org.uk/2023/sbp-rapport/
is een private certificering, opgezet door de biomassa-sector. Nederlandse NGO’s ondersteunen deze certificering niet.
Dat duurzaamheidscriteria biomassa niet voldoen, blijkt uit de diverse rapportages van bosbeschermingsorganisaties uit de houtwinningsgebieden in de Baltische staten en het zuid-oosten van de VS12Zie bijvoorbeeld: 1. www.somo.nl/wood-pellet-damage/  over de effecten van de houtwinning voor houtpellets in de Baltische staten. Zie ook de Rondetafel biomassa dd 15 juni 2023 in de Commissie Economische Zaken en Klimaat van de Tweede Kamer: www.tweedekamer.nl/debat_en_vergadering/commissievergaderingen/details?id=2023A00817. 2. Effecten houtwinning voor houtpellets in het zuid-oosten van de VS oa www.southernenvironment.org/wp-content/uploads/2022/03/Biomass-White-Page.pdf www.southernenvironment.org/news/new-study-confirms-harmful-impacts-of-biomass/.  Ook de nieuwe duurzaamheidscriteria in de Europese Richtlijn REDIII (dd 9 oktober 2023) zijn geen verbetering.

Opzegging Convenant Duurzaamheid Biomassa
De landelijke Nederlandse NGO’s zijn uit het Convenant Duurzaamheid Biomassa gestapt vanwege de schadelijke effecten van biomassaverbranding op klimaat en biodiversiteit13https://natuurenmilieu.nl/nieuws-artikel/natuur-en-milieuorganisaties-stappen-uit-convenant-duurzaamheid-biomassa/.

In het MER dienen de negatieve effecten van houtwinning op bossen en biodiversiteit (onder meer in de winningsgebieden Baltische Staten en het zuid-oosten van de VS), en de tekortkomingen van duurzaamheidscertificering te worden beschreven.
Zie bijlage 5 en 6 voor rapporten relevant voor paragraaf 2.  

3. Emissie zo laag mogelijk in range Best Beschikbare Technieken – Schone Lucht Akkoord

De RWE Amercentrale is een oude energiecentrale. Het rendement van de Amercentrale als kolencentrale ligt laag, lager dan 40%. Daarom dient de Amercentrale per 1 januari 2025 te sluiten. Bij biomassaverbranding ligt het rendement nog lager dan bij een kolencentrale. Luchtemissies per opgewekte hoeveelheid energie (oa stofemissies en stikstof) liggen daardoor hoger dan bij een kolencentrale.
Bij een doorstart van een dergelijke energiecentrale dienen de laagst mogelijke emissie-normen te worden toegepast. De ondergrens van de BBT-range dient qua technologie en qua normering te worden toegepast. Mede gelet op het Schone Lucht Akkoord (SLA) dient tevens een variant te worden opgenomen waarin wordt voldaan aan alle ondergrenzen die zijn opgenomen in de door Rijkswaterstaat opgestelde Oplegnotitie BREF LCP14Oplegnotitie BREF LCP. Uitgegeven door Rijkswaterstaat, departement Water, Verkeer en Leefomgeving. Auteur: Paula Kruisselbrink. Informatie e-mail: paula.kruisselbrink@rws.nl . Datum 18 juli 2022. Versienummer 3. Status: Definitief..

4. Stikstofberekening op dekenniveau

Een energiecentrale is een grote puntbron met een hoge schoorsteen. Emissies hebben dus een relatief klein lokaal effect. De beoogde centrale draagt vooral bij op dekenniveau. Bij de stikstofberekening dient dan ook te worden onderzocht wat de bijdrage is van de beoogde centrale aan de stikstofdepositie (immissie) op dekenniveau. Dat kan bijvoorbeeld door een onderzoek te doen naar de cumulatieve bijdrage van alle Nederlandse energiecentrales aan de stikstofdeken. Door in verschillende scenario’s de cumulatieve effecten van alle Nederlandse energiecentrales door te rekenen bij verschillende emissiegrenswaarden voor NOx en NH3, kan worden vastgesteld bij welke emissiegrenswaarde de totale bijdrage van energieproductie aan de stikstofdeken acceptabel is.

5. Uitspraak Raad van State mbt stikstofdepositie CO2-infrastructuur Porthos

De consequenties van de recente uitspraak van de Raad van State met betrekking tot de CO2-infrastructuur Porthos Rotterdam dient ook in het MER behandeld te worden. De uitspraak stelt dat voor de stikstofdeposities voorbij de 25 km-grens die in de wettelijke effectbepaling niet hoeft te worden meegenomen maar wel een substantiele daadwerkelijke bijdrage aan de stikstofdeken heeft, wel een oplossing dient uitgewerkt te worden. Zo zal deze depositie elders gecompenseerd dienen te worden.
Zeker bij een stikstof-piekbelaster als de energiecentrale RWE Amercentrale, speelt dit probleem.

6. Capaciteit proefinstallatie slechts 0.5% van beoogde CO2-afvang

Voor het ontwerp van de proefinstallatie wordt vooralsnog uitgegaan van een capaciteit van 50 ton CO2 per dag (ca 18.000 ton/ jaar). De verwachte afvang bedraagt 3 – 4 Mton CO2 per jaar. Volgens berekening van Comité Schone Lucht bedraagt de afvang van de proefinstallatie daarmee slechts ca 0.45% tot 0.6% van de uiteindelijk beoogde afvang van 3 – 4 Mton/ jaar). In het MER dient duidelijk te worden gemaakt waarom voor deze beperkte capaciteit van de proefinstallatie wordt uitgegaan.

7. Elke 4 tot 5 dagen een bulk carrier van 30.000 ton biomassa

Om jaarlijks 2.45 miljoen ton biomassa te importeren zijn ongeveer 80 bulk carriers met elk 30.000 ton geïmporteerde houtpellets nodig. Dat betekent om de 4 tot 5 dagen een bulk carrier in de Rotterdamse haven waarvan de inhoud via rijnaken naar de Amercentrale wordt getransporteerd. Milieu-effecten van dit transport dienen ook in het MER te worden doorgerekend.

8. Ontstaan kankerverwekkende nitrosaminen bij CO2-afvang

Bij de CO2-afvang met amines ontstaan nitrosaminen (nitrosamines behoren tot de groep van ZZS-stoffen, Zeer Zorgwekkende Stof)15https://www.sepa.org.uk/media/155585/review-of-amine-emissions-from-carbon-capture-systems.pdf. Een aantal nitrosaminen zijn kankerverwekkend. Wat zijn de gezondheidsrisico’s ten gevolge van de vorming van toxische nitrosaminen? Welke BBT-maatregelen dienen te worden genomen. Welke alternatieve afvangmethoden bestaan er waarbij geen ZZS-stoffen vrijkomen?

9. Hoogwaardige toepassing biomassa als referentiesituatie, autonome ontwikkeling en MMA

Als referentiesituatie, autonome ontwikkeling en meest milieuvriendelijke alternatief (MMA) dient ook de hoogwaardige toepassing van biomassa te worden beschouwd. Daarbij vindt geen verbranding van biomassa plaats. In de referentiesituatie/ autonome ontwikkeling wordt houtige biomassa toegepast voor het vervaardigen van bouwmaterialen, worden agrarische restproducten toegepast als bodemverbeteraar, vindt geen kaalkap van bos plaats maar wordt bosbescherming toegepast, en vindt natuurvolgend bosbeheer plaats. Bij meest milieuvriendelijke alternatief (MMA) worden aan deze toepassingen hoge doelstellingen gesteld.

10. Milieu-effectrapport ook Engelstalig

Buitenlandse bosbeschermings- en milieuorganisaties zijn ook stakeholders bij het initiatief van de BECCS van RWE Amercentrale. Zij verzoeken de initiatiefnemer om het Milieu-effectrapport ook in de Engelse taal te publiceren. Zij verzoeken de Commissie mer om het richtlijnen- en toetsingsadvies ook in de Engelse taal uit te brengen.

Wij zijn graag bereid om bovenstaande in een gesprek nader toe te lichten.
Graag ontvangen wij een ontvangstbevestiging van deze zienswijze.

Met vriendelijke groet,

Fenna Swart, voorzitter Comité Schone Lucht, 06-41514330
Maarten Visschers, 06-34428154
Comité Schone Lucht, https://comiteschonelucht.nl/
Adam Colette, programma directeur Dogwood Alliance (VS), https://dogwoodalliance.org/
Liina Steinberg, bestuurslid Save Estonia’s Forests, https://savetheforest.ee/en/16https://www.ndr.de/fernsehen/sendungen/ostsee-report/ostseereport1134-amp.html

Bijlage 1. Omschrijving voorgenomen activiteit in NRD
Bijlage 2. Persbericht MOB inzake vernietiging natuurvergunning Amercentrale door Rechtbank Oost-Brabant (8 december 2021)
Bijlage 3: Huidige import van 3.5 Mt houtpellets in 2022 aan houtpellets volgens Eurostat
Bijlage 4: BECCS is niet CO2-negatief
Bijlage 5. Studies en rapportages over averechtse werking BECCS
Bijlage 6. Denktank Ember: Understanding the costs of the Drax BECCS plant to UK consumers (2022)

Bijlage 1. Omschrijving voorgenomen activiteit in NRD

Pagina 1 NRD: hoeveelheid biomassa bij 100% conversie
RWE gaat steenkool uit faseren en heeft als doel om in 2040 klimaatneutraal te zijn. Het is de ambitie van RWE om voor de Amercentrale gebruik te maken van de ‘Bio Energy, Carbon Capture, Utilization & Storage’ (BECCUS) strategie. BECCUS draagt bij aan de klimaatdoelstellingen van de overheid via de inzet van biomassa en de afvang van CO2, waarmee zelfs negatieve emissies worden gerealiseerd. De BECCUS-strategie omvat initiatieven op de Amercentrale in Geertruidenberg (provincie Noord-Brabant), de Eemshavencentrale in de Eemshaven (provincie Groningen) en mogelijk andere projecten in de toekomst.

De Amercentrale mag conform de vigerende vergunning al volledig op biomassa (2.450 kton/jaar) worden gestookt. Hiertoe behoort het verbranden van zowel primaire brandstoffen, bestaande uit schone biomassa, als het verbranden van afvalstoffen (maximaal 1.700 kton van de in totaal 2.450 kton brandstof per jaar), bestaande uit biomassa dat gecategoriseerd wordt als afval. Vanaf 2025 mag op de Amercentrale geen steenkool meer worden gestookt en wordt het gebruik van steenkool volledig vervangen door biomassa. Om verder invulling te geven aan de BECCUS-strategie, heeft RWE nu ook het voornemen om CO2 af te gaan afvangen op de Amercentrale. Het onderhavige project ziet toe op het afvangen van CO2 op de Amercentrale. De afgevangen CO2 zal worden behandeld (o.a. gecomprimeerd en gereinigd), afgevoerd per schip of via pijpleidingen en elders ondergronds worden opgeslagen. Het gebruiken en ondergronds opslaan van CO2, oftewel het ‘Utilization & Storage’ gedeelte, valt buiten de scope van dit voornemen.

Pagina 2 NRD: geplande hoeveelheid af te vangen CO2
De voorgenomen realisatie van de installaties voor het afvangen van CO2 valt onder categorie C8.3 omdat de verwachte afvang 3 – 4 Mton CO2 per jaar bedraagt.

Pagina 4 NRD: doelstelling CO2-reductie energiesector 2030
De Amercentrale speelt een belangrijke rol in de BECCUS-strategie door de toepassing van biomassa, dat het gebruik van steenkool binnen de inrichting vanaf 2025 volledig vervangt. Daarbij wordt ingezet op de afvang van CO2, waarvoor nu een m.e.r.-procedure wordt opgestart.

Pagina 4 NRD: CCS en CCU
De voorgenomen verandering van de inrichting bestaat uit het plaatsen en in gebruik nemen van een CO2 afvanginstallatie. De CO2-afvanginstallatie bestaat uit een installatie die de CO2 uit de rookgassen haalt (CO2 afvang) en een installatie die de CO2 op specificatie (druk, temperatuur en zuiverheid) brengt voor de gekozen afvoermethode (schip of leiding). Indien de CO2 per schip wordt afgevoerd, vindt ook tijdelijke opslag van CO2 op het terrein van de Amercentrale plaats. Indien de CO2 per leiding wordt afgevoerd, wordt deze waarschijnlijk buiten het terrein van de Amercentrale afgenomen. Hiervoor is de aanleg van een leiding noodzakelijk.

Pagina 6 NRD: te verbranden biomassastromen
De Amercentrale heeft een vergunning voor het stoken op steenkool (tot 2025), schone biomassa, afvalstoffen (binnen de voorschriften uit de vergunning), aardgas en syngas. Ook heeft de Amercentrale een vergunning voor het meestoken van vliegas, dit is een hulpmiddel voor als de installatie op biomassa staat. De vaste brandstoffen worden voornamelijk aangevoerd per schip. Aardgas wordt geleverd via een gasleiding terwijl een voorziening aanwezig is voor de productie van syngas. Conform de vigerende vergunningen mogen, naast steenkool, schone biomassa (2.450 kton/jaar) en afvalstoffen (1.700 van de 2.450 kton/jaar) worden gestookt.

Pagina 6 NRD: locatie en ligging Natura2000 gebieden
De Amercentrale is gelegen in Geertruidenberg (Figuur 3-2) op het industrieterrein “Dongeoever Amerkant” en “Gasthuiswaard” aan de rivier de Amer. De inrichting wordt aan de zuidkant begrensd door de bebouwde kern van Geertruidenberg en is aan de noordzijde gelegen aan de Bergsche Maas. Het Natura-2000 gebied ‘Biesbosch’ ligt direct ten noorden van de inrichting. Het Natura 2000-gebied ‘Langstraat’ ligt op ruim 8 kilometer ten zuidoosten van de inrichting en het Natura 2000-gebied ‘Loevestein, Pompveld & Kornsche Boezem’ op ruim 8 kilometer ten noordoosten van de inrichting.

Pagina 8 NRD: duurzaamheidscriteria biomassastromen
In het MER wordt verder aandacht gegeven aan de duurzaamheidseisen die van toepassing zijn op de door de Eemshavencentrale gebruikte biomassa in de gehele keten, ofwel van inzameling tot aan de energieproductie. Deze duurzaamheidseisen komen onder andere van de ‘Rijksdienst voor Ondernemend Nederland’ (RVO). Het toezicht op naleving van de duurzaamheidseisen met betrekking tot ETS wordt verzorgd door de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) en de SDE++ door RVO als uitvoerende dienst van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.

Pagina 8 NRD: proefinstallatie CO2-afvang
Voorafgaand aan de bouw van de CO2-installatie voor de volledige capaciteit van de Amercentrale, wordt overwogen om een CO2 proefafvanginstallatie te realiseren met een relatief beperkte capaciteit. De installatie wordt in het MER betrokken indien RWE deze verder wil uitwerken. Doel van de proefinstallatie is om testen uit te voeren die gebruikt kunnen worden voor de optimalisatie van de toekomstige installatie. Voor het ontwerp van de installatie wordt vooralsnog uitgegaan van een capaciteit van 50 ton CO2 per dag. In het MER wordt aangegeven hoe de CO2 afgevoerd zal worden (mogelijk ook per tankauto). Gezien het feit dat de installatie naar verwachting langer dan 6 maanden in gebruik is en een aanvullende milieu-impact heeft, wordt verwacht dat deze niet onder de vigerende vergunning kan worden gerealiseerd.

Pagina 9 NRD: ontstaan ZZS-stoffen waaronder nitrosaminen
Bij de overwegingen wordt specifiek aandacht besteed aan de gebruikte solvents (amines) en de mogelijke restproducten omdat dit mogelijk ‘zeer zorgwekkende stoffen’ (ZZS) zijn waarvoor een minimalisatieplicht geldt. Als startpunt wordt onderzocht in hoeverre er alternatieven zijn voor CO2-afvang waarbij geen ZZS-emissies (naar water en/of lucht) plaatsvinden. Om in aanmerking te komen voor een vergunning voor het lozen van ZZS moet allereerst, door middel van proceskeuzes en bedrijfsvoering, worden gekeken naar de mogelijkheid tot het vermijden van een ZZS in een lozing.

Pagina 18 NRD: Stikstofemissie en -immissie en Wet natuurbescherming
Vanuit de Wet natuurbescherming wordt gekeken naar gebiedsbescherming en soortenbescherming. In het kader van gebiedsbescherming wordt gekeken naar mogelijke impact van het project op natuurgebieden met een beschermde status, behorende tot het Natuurnetwerk Nederland (NNN) of Natura 2000. Het voornemen vindt niet plaats binnen gebieden behorende tot het NNN. Omdat NNNgebieden geen externe werking hebben, kan dit buiten beschouwing worden gelaten. Natura 2000- gebieden hebben echter wel een externe werking en de invloed van het voornemen op deze gebieden moet daarom worden onderzocht. Hierbij kan worden gedacht aan aspecten als stikstofdepositie, licht en geluid. Voor stikstofdepositie beschikt de Amercentrale over een vergunning in het kader van de Wet natuurbescherming. Voor het voornemen wordt daarom een studie uitgevoerd naar de mogelijke verandering van stikstofdepositie op de Natura 2000-gebieden. Gezien de afstand tussen de Amercentrale en de meest nabijgelegen Natura 2000-gebieden, wordt verwacht dat het noodzakelijk is om met behulp van een AERIUS-berekening na te gaan of binnen de vergunde situatie gebleven kan worden. Mogelijke effecten van licht en geluid op Natura 2000-gebieden kan worden onderzocht middels het uitvoeren van een natuurtoets en eventueel Passende Beoordeling. In het kader van soortenbescherming wordt onderzocht of de voorgenomen activiteiten van invloed kunnen zijn op beschermde soorten (flora en fauna). Voor het voornemen worden geen braakliggende terreinen van RWE in gebruik genomen waar natuur zich heeft ontwikkeld en waar zich beschermde soorten kunnen bevinden. Het aanvragen van een ontheffing of vergunning in het kader van de Wet Natuurbescherming voor soortenbescherming wordt daarom niet verwacht. Indien uitbreiding van het bestaande terrein noodzakelijk is, delen van het terrein na een lange periode weer in gebruik worden genomen, of wanneer bestaande installaties gesloopt dienen te worden, wordt nagegaan of een verdere beoordeling noodzakelijk is. Een verdere beoordeling kan bestaan uit het uitvoeren van een natuurtoets.

Bijlage 2. Persbericht MOB inzake vernietiging natuurvergunning Amercentrale door Rechtbank Oost-Brabant op 8 december 2021

Uitspraak: https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:RBOBR:2021:6389

Natuurvergunning van RWE-Geertruidenberg (Amercentrale) vernietigd door rechtbank Oost-Brabant

Rechtbank is vernietigend over het nationale stikstofbeleid en noemt dit “dweilen met de kraan open”

De Rechtbank stelt dat de nieuwe Wet Stikstofvermindering en Natuurherstel dweilen met de kraan open. Dit is precies het standpunt dat MOB sinds de nieuwe wet onophoudelijk heeft gecommuniceerd naar LNV. De Rechtbank doet zelfs een aanbeveling aan het kabinet om artikel 5.4 van de Wet natuurbescherming aan te passen omdat dit ook “de nodige rompslomp” kan voorkomen.

De Rechtbank hekelt in haar uitspraak niet alleen het landelijke stikstofbeleid maar ook het Brabantse beleid in die zin dat de provincie niet door kan gaan met het vergunnen op basis van heel grote latente ruimte in natuurvergunningen.

Na ruim meer dan 1 jaar na de zitting heeft de Rechtbank twee besluiten vernietigd:

1. Weigering tot gedeeltelijke intrekking van natuurvergunning.
2. Vernietiging van de natuurvergunning die het mogelijk maakte om de hoeveelheid houtstook te verhogen van 500.000 ton naar 1.200.000 ton/jaar.

Gevolgen:

1. De provincie dient alsnog de latente ruimte in de oude natuurvergunning te schrappen;
2. RWE moet met onmiddellijke ingang de bijstook van hout terugbrengen tot 500.000 ton/jaar;
3. De uitspraak zet een verdere rem op “salderen” van oude niet gebruikte rechten om nieuwe vergunningen te verlenen.

Enkele relevante overwegingen van de Rechtbank:

1. Als gevolg van de wetswijziging van de Wet natuurbescherming van 1 januari 2020 kan eerder vergunde maar niet langer gebruikte ruimte door het bedrijf in de toekomst lukraak worden ingezet” zonder dat de gevolgen hiervan worden beoordeeld. Dit is nou precies wat de provincie Noord-Brabant tot kunst heeft verheven. Dit mag dus niet meer.

1. De Rechtbank begrijpt niet waarom de provincie de natuurvergunning voor wat betreft de oude eenheid AC8 (sinds 2017 is alleen AC9 nog in werking) niet in 2017 al heeft ingetrokken.
2. De emissies van de centrale heeft invloed op bijna alle Nederlandse Natura 2000-gebieden.
3. Er mag niet tot in het oneindige worden gesaldeerd met emissieruimte die in het verleden nooit passend is beoordeeld.
4. In rechtsoverweging 12.4 stelt de Rechtbank dat een eventuele toename van de CO2-emissie als gevolg van houtstook op grond van het Urgenda arrest strijdig is met de Habitatrichtlijn.

Kortom: werk aan de winkel voor het nieuwe kabinet om een compleet falen van de recente Wet Stikstofvermindering en Natuurherstel te voorkomen, én tevens te voorkomen dat Nederland nog jaren op het stikstofslot zit.

MOB/0654674047/Johan Vollenbroek

Bijlage: uitspraak

Enkele quotes uit de uitspraak

Relatie Urgenda uitspraak:

Bijlage 3: Huidige import aan houtpellets volgens Eurostat

Nederlandse import houtpellets in 2022 (totaal ca 3.5 Mton). Grootste hoeveelheid in 2022 komt uit de VS (houtpelletproducent Enviva): ca 2 Mton direct en ca 0.5 Mton via haven Antwerpen (totaal ca 2.5 Mt in 2022 uit VS).

Bijlage 4: BECCS niet CO2-negatief

Vele wetenschappelijke onderzoeken en rapporten stellen dat de zogenaamde ‘klimaatmaatregel’ BECCS juist CO2 uitstoot in plaats van afvangt. Zo gaf wetenschapper dr. Tim Searchinger van de Princeton Universiteit (VS) tijdens het Rondetafelgesprek biomassa op 15 juni 2023 in de Tweede Kamer dit duidelijk aan17https://comiteschonelucht.nl/wp-content/uploads/2023/07/1-dr.-Timothy-Searchinger_230615-def-Postion-paper-Tim-Searchinger-Princeton-University-VS-RTG-Biomassa.pdf.
Bij BECCS ziet de energiesector met opzet een aantal grote CO2-emissies over het hoofd. Daardoor wordt biomassaverbranding met CO2-afvang en opslag ten onrechte CO2-negatief genoemd. De energiesector laat de volgende grote CO2-emissies bewust achterwege (zie ook het schema hieronder):
1. voorafgaande aan biomassaverbranding vinden CO2-verliezen in de keten plaats. Bij de kaalkap van bos vindt bodemoxydatie plaats. Het maken en drogen van houtpellets vergt energie, en het transport vanuit de VS en de Baltische staten ook. Deze CO2 wordt niet afgevangen. Volgens dr. T. Searchinger (Princeton Universiteit, VS) bedraagt dit ongeveer de helft van de CO2-uitstoot over de gehele keten (van kap tot en met verbranding).
2. het afvangen en opslaan van CO2 bij biomassaverbranding kost veel energie. De benodigde hoeveelheid energie bedraagt ongeveer een derde deel van de energie die wordt opgewekt bij de houtverbranding. Daarbij komt dat het rendement van CO2-afvang geen 100%, maar 80-90% zal bedragen.
3. biomassaverbranding is op zich al niet CO2-neutraal, wat de energiesector echter wel beweert. De hergroei van aangeplante bomen duurt 50 tot 100 jaar. Het CO2 uit de lucht halen door bomen – het stofzuigereffect – treedt pas na vele decennia op. Tenminste als aanplant of regeneratie van gekapte bossen ook daadwerkelijk plaatsvindt.

In de CO2-balans rekent de energiesector ten onrechte de koolstof die in bomen die gekapt gaan worden, mee als CO2 die in het verleden is vastgelegd18Marinus Tabak , RWE: “Biomassa geldt als CO2-neutraal omdat de bomen tijdens hun groei CO2 uit de lucht hebben opgenomen. Als zij worden verbrand, komt er weer evenveel CO2 vrij.” Bron: https://www.ewmagazine.nl/economie/achtergrond/2023/10/marinus-tabak-wij-kunnen-echt-co2-uit-de-lucht-gaan-halen-56909w/. Dat is onjuist. Bij een zuivere CO2-balans dient deze in het verleden vastgelegde CO2 niet te worden meegerekend. De balans dient te starten vanaf het tijdstip van kap. Op dat moment wordt het besluit genomen om de koolstof (vastgelegde CO2) opgeslagen te houden of via verbranding naar de atmosfeer uit te stoten. De CO2-uitstoot naar de atmosfeer dient juist te dalen.

Deze CO2-emissies zijn in onderstaande figuur schematisch weergegeven (Bron: Fern: https://www.fern.org/fileadmin/uploads/fern/Documents/2022/Six_problems_with_BECCS_-_2022.pdf).

Figuur: Schematische weergave CO2-uitstoot van BECCS

Geschematiseerde weergave CO2-emissies BECCS

Verklaring wetenschappers
Een groep van ongeveer 90 wetenschappers heeft dit in 2021 ook aan de Britse regering verklaard naar aanleiding van het voornemen van ‘s werelds grootste biomassacentrale Drax (7 miljoen ton biomassaverbranding per jaar) om een CO2-afvang en -opslag (CCS) te bouwen. Iets dat nog niet is gebeurd vanwege de gigantisch hoge kosten19https://comiteschonelucht.nl/wp-content/uploads/2023/10/Verklaring-van-wetenschappers-en-economen-over-BECCS-met-bosbiomassa-26-2-2021-Nederlandse-vertaling.pdf
https://sites.tufts.edu/gdae/files/2021/07/A-Statement-by-Scientists-on-BECCS-FINAL-for-Submission-with-signatures.pdf
.

Volkomen onbewezen techniek
Afvang en opslag van CO2 bij biomassaverbranding is een volstrekt onbewezen techniek. CO2-afvang bij een aantal pilotprojecten bij kolencentrales zijn vanwege technische en financiële problemen voortijdig gestopt. Ook de Verenigde Naties, het Institute for Energy Economics and Financial Analysis (IEEFA) wijzen de BECCS-technologie af (zie ook paragraaf 2 van de zienswijze).

Bijlage 5. Studies en rapportages over averechtse werking BECCS

Verenigde Naties:  https://www.eenews.net/articles/u-n-slams-carbon-removal-as-unproven-and-risky/ 

IEEFA (Institute for Energy Economics and Financial Analysis):
https://ieefa.org/resources/carbon-capture-remains-risky-investment-achieving-decarbonisation: “De energiesector had de slechtste resultaten: twee mislukten en één werd stilgelegd. Er is niet één succesvol project in deze sector.”

NRDC (VS):
https://www.nrdc.org/resources/bad-biomass-bet-why-leading-approach-biomass-energy-carbon-capture-and-storage-isnt 

FERN
https://www.fern.org/fileadmin/uploads/fern/Documents/2022/Six_problems_with_BECCS_-_2022.pdf

Natuur en Milieu:
https://natuurenmilieu.nl/app/uploads/Factsheet-BECCS-Natuur-Milieu.pdf https://natuurenmilieu.nl/nieuws-artikel/onderzoek-naar-methodes-om-co2-uit-de-lucht-te-halen-technologische-opties-beperkt/

De European Academies Science Advisory Council (EASAC, 2021)
The Climate Impacts of Woody Biomassa https://easac.eu/media-room/press-releases/details/easac-welcomes-that-the-jrc-reportstrengthens-the-case-for-shorter-payback-periods-on-woody-biomass/

KNAW (Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen, 2020)
https://www.knaw.nl/nieuws/co2-opslag-wat-kan-en-wat-werkt
https://storage.knaw.nl/2022-07/KNAW-Factsheet-CO2-opslag-NL-mei2020.pdf

Bijlage 6. Denktank Ember: Understanding the costs of the Drax BECCS plant to UK consumers (2022)

https://ember-climate.org/app/uploads/2022/01/The-cost-of-Drax-BECCS.pdf
Ember schat dat de voorgestelde biomassa-energie met koolstof opvang- en opslaginstallatie Drax (VK) £31 miljard aan subsidie nodig zal hebben. Er is een groot risico dat BECCS Drax de beloofde negatieve CO2-uitstoot niet levert.

Managementsamenvatting van rapport ‘Understanding the costs of the Drax BECCS plant to UK consumers’
Hoeveel gaat de nieuwe BECCS-fabriek de Britse consument kosten? £ 31,7 miljard (€ 36,5 miljard). Gelijk aan bijna £ 500 (€ 575) per persoon in Groot-Brittannië20£31,7 miljard / De bevolking van het Verenigd Koninkrijk in 2021 67.530.759 = £470 per persoon. £ 16 (€ 18.5) per jaar voor de energierekening van elk huishouden.
• Ter vergelijking heeft de National Audit Office schat in dat kerncentrale Hinkley Point C de consumenten in totaal £30 miljard21De Nationale Rekenkamer (2017), ‘Hinkley Point C’, https://www.nao.org.uk/report/hinkley-point-c/ zal kosten. Een project dat wordt beschreven als de duurste elektriciteitscentrale ter wereld22The Guardian (2013) ‘Hinkley Point’ https://www.theguardian.com/environment/2013/oct/30/hinkleypoint-nuclear-power-plant-uk-government-edf-underwrite.
• £31,7 miljard is de algemene schatting van Ember (met een marge van £23,5 miljard tot £44,3 miljard) van de totale kosten voor de Britse energierekeningbetaler voor de voorgestelde BECCS (bio-energie met koolstofafvang en -opslag) van energiecentrale Drax, over de exploitatieperiode van 25 jaar voor de BECCS. De totale subsidie is berekend op basis van schattingen van de kosten uit het onderzoek uit 2020 in opdracht van het ministerie van Bedrijfs-, energie- en industriële strategie, voltooid door onderzoeksbureau Ricardo. Zal de BECCS de negatieve emissies in Groot-Brittannië opleveren die worden vereist?
• De huidige regelgeving is niet voldoende voor niet-duurzame biomassagrondstoffen met een hoog risico, die in Britse elektriciteitscentrales worden verbrand. Onvoldoende voor bijvoorbeeld grondstoffen uit primaire, koolstofrijke, zeer biodiverse of langzaam groeiende bossen23The Climate Change Committee (2018) Biomass in a low-carbon economy, page 14 https://www.theccc.org.uk/publication/biomass-in-a-low-carbon-economy/.
Zonder aanvullende regelgeving kan de overheid er niet zeker van zijn dat BECCS de negatieve CO2-uitstoot oplevert waarvoor wordt betaald.
• In de worstcasescenario’s die zijn geschetst in onderzoek in opdracht van BEIS, kan het verbranden van biomassa grotere CO2-emissies veroorzaken dan het verbranden van steenkool24BEIS (2014) Levenscycluseffecten van elektriciteit uit biomassa in 2020 https://www.gov.uk/government/publications/life-cycle-impacts-of-biomass-electricity-in-2020 . BEAC-model Scenario 14. Elektriciteit uit pellets geproduceerd uit extra hout (vergeleken met het nulscenario) van intensief beheerd grenenhout plantage in Zuid-Amerika. Counterfactual = toenemende rotatietijd van 25 naar 35 jaar.. Een BECCS-fabriek die deze grondstoffen gebruikt, zou een netto-uitstoter zijn, niet een netto koolstofput.

De grootste elektriciteitscentrale van Groot-Brittannië Drax is op zoek naar nieuwe subsidie. In 2027 zal er een einde komen aan de £10 miljard aan subsidies voor het verbranden van hout voor energieopwekking door Drax. Subsidie is Drax’s middel om winst te genereren. Om ook na 2027 te kunnen blijven opereren, is Drax van plan om ’s werelds eerste bio-energiecentrale met koolstofafvang en -opslag (BECCS) te bouwen. Door de CO2-uitstoot van hout dat voor elektriciteit wordt verbrand vast te leggen en de CO2 op te slaan onder de Noordzee, wil Drax negatieve emissies genereren. Het Verenigd Koninkrijk is afhankelijk van negatieve CO2-emissies om de nationale klimaatdoelstellingen te bereiken. Drax streeft ook deze CO2-emissies na om hiervoor te worden beloond met nieuwe overheidssubsidies.

Negatieve emissies spelen een sleutelrol in het plan van de Commissie Klimaatverandering om de netto nul CO2-uitstoot te bereiken. In de aanloop naar COP26 wil de Britse regering dat graag vooruitgang boeken in de richting van negatieve emissies. Maar het vermogen van BECCS om negatieve CO2-emissies te realiseren is afhankelijk van de koolstofneutraliteit van biomassa, een aanname die binnen het huidige regelgevingskader niet langer redelijk is. De European Academies Science Advisory Council (EASAC) stelt nu inderdaad dat het gebruik van houtachtige biomassa voor energievoorziening “niet effectief is in het tegengaan van de klimaatverandering, maar zelfs het risico op een gevaarlijke klimaatverandering zo kan vergroten.”25De European Academies Science Advisory Council – EASAC (2021): The Climate Impacts of Woody Biomassa, https://easac.eu/media-room/press-releases/details/easac-welcomes-that-the-jrc-reportstrengthens-the-case-for-shorter-payback-periods-on-woody-biomass/

In dit artikel heeft Ember bestaande schattingen van BECCS-kosten onderzocht en gebruikte de schattingen om het niveau van de overheidssubsidie te berekenen die nodig is om BECCS, als Drax’s nieuwe energiecentrale, te bouwen en te exploiteren. Drax heeft de omvang van de nieuwe subsidie niet bekendgemaakt en heeft de Britse regering daarom ook verzocht. Echter, uit ons onderzoek, met behulp van studies in opdracht van BEIS, blijkt dat een grote subsidie nodig zal zijn. Een subsidie vergelijkbaar in omvang met die van het controversiële Hinkley Point C-nucleaire project. Dit rapport benadrukt ook dat, vanwege de risico’s van hoge koolstofemissies bij het verbranden van hout, de nieuwe elektriciteitscentrale van Drax mogelijk niet in staat is om op grote schaal negatieve emissies te produceren of binnen het tijdsbestek dat het belooft.